vrijdag 24 april 2015


Vliegende vis in bad

Ascension Island is een heel raar eiland. Hoewel er al 200 jaar mensen wonen, in de hoofdstad Georgetown en in nederzettingen elders op het eiland, geldt het officieel nog steeds als een onbewoond eiland. Iedereen die er verblijft, is hier met een tijdelijk arbeidscontract en wordt geacht te zijner tijd op te hoepelen. Dat komt omdat het een militair eiland is. In 1815 is hier, net als op Tristan da Cunha, een Brits garnizoen gelegerd toen Napoleon op Sint-Helena gevangen is gezet, om te voorkomen dat Franse vrienden deze eilanden zouden gebruiken om hem te helpen te ontsnappen. De soldaten op Tristan zijn na een jaar weer naar huis gegaan, maar op Ascension zijn ze gebleven, ook nadat Napoleon was overleden. Ascension ligt ontzettend strategisch in de Zuidatlantische Oceaan, en is een communicatieknooppunt geworden. In 1898 hebben de Britten hiervandaan telegraafkabels over de zeebodem gelegd naar Engeland, West-Afrika (Sierra Leone), Brazilië en Sint-Helena, en vanaf Sint-Helena naar Kaapstad. Zo konden berichten over de voortgang in de Zuid-Afrikaanse Boerenoorlog (rond 1900) bliksemsnel naar Londen worden gepiept. Die kabels doen het niet meer, maar nu staat het eiland vol met satellietschotels en de militairen zijn er nog steeds. Ook BBC-World zit hier, een Amerikaans satellite tracking system, en natuurlijk de Royal Air Force (RAF), die hiervandaan in de Falklandoorlog van 1982 vliegtuigen stuurde om de Argentijnen te bombarderen. En de Amerikanen hebben hier op Brits grondgebied een van de langste landingsbanen ter wereld aangelegd, waar in geval van nood destijds de Space Shuttle zou hebben kunnen lanen. De Amerikanen hebben hier de grootste vinger in de pap en het is voornamelijk hun verdienste dat het eiland “onbewoond” blijft. Bezoek is hier altijd een heel gedoe met immigratietoestanden, en deze keer kregen wij te horen dat onze Russische en Oekraïense bemanningsleden hier niet van boord mochten!

In die 200 jaar sinds 1815 hebben wij het eiland aardig de vernieling in weten te helpen, net als Sint-Helena en duizenden eilanden elders op de wereld. Grote witte velden guano, die in het hier heersende woestijnklimaat nooit zijn weggespoeld, herinneren aan enorme kolonies zeevogels die hier vroeger hebben gezeten, zoals genten en fregatvogels. De nekslag kregen ze toen men katten heeft ingevoerd in een domme poging de er heersende rattenplaag in te dammen. De katten waren totaal niet geïnteresseerd in moeilijk te vangen ratten, maar vraten zich vol  met heerlijke vette zeevogels. De genten en fregatvogels (de endemische Ascensionfregatvogel) overleefden op het van het hoofdeiland gescheiden Boatswain Bird Island, een witgekalkte rotsklomp die afgeladen vol zit met vogels. In 2005 is men er met heel veel moeite en met grote inspanningen in geslaagd de katten op Ascension uit te roeien. Het was een daverend succes. Direct al in 2006 vestigde zich een gentenpaar op het hoofdeiland, en inmiddels is daar een nieuwe kolonie ontstaan van 1500 paar. Ook de fregatvogels zijn begonnen zich daar te vestigen, een hoopvolle ontwikkeling.

De grote attractie van Ascension is de soepschildpad, die hier in grote aantallen helemaal vanaf de kust van Brazilië naartoe komt zwemmen om er op de gouden stranden eieren te leggen. We zijn midden in de nacht aan wal geweest om onder leiding van een lokale gids te kijken naar zo’n logge kolos, die zich moeizaam vanuit de branding het strand op heeft gesleept, om daar een kuil te graven om er haar eieren in te deponeren. Een voorwereldlijke vertoning. We vonden ook oudere nesten, waar toevallig net alle pasgeboren schildpadjes zich boven het zand uit hadden weten te worstelen. Aandoenlijk spartelende wezentjes, net opwindbeestjes voor in bad.

Over bad gesproken: Op het achterdek hebben we voor de passagiers een zwembadje ingericht (nou ja, spartelbadje dan), door een zodiac met zeewater te vullen. Na afloop van de schildpadexcursie hingen we aan boord over de reling om te kijken naar allerlei gedierte dat aangetrokken door het licht rond het schip dartelde. Veel babyschidpadjes, vissen in vele soorten en maten, en dolfijnen die op hun beurt op de vissen afkwamen. Je hoorde ze briesend bovenkomen en zag ze woest haken slaand achter de vissen aan zitten. Vliegende vissen sprongen hoog uit het water om te ontsnappen, maar knalden dan soms tegen de wand van het schip aan. De slimme dolfijnen kregen het door hoe ze vliegende vissen tegen het schip aan konden jagen en als ze dan na de botsing versuft in zee vielen, een gemakkelijke prooi waren. Een vliegende vis sprong zo hoog dat hij helemaal over het achterdek heen zeilde en als door een wonder met een plons precies in de badzodiac belandde. We hebben er nog wat vers water bij gedaan en hem daar in bad de hele nacht rondjes laten zwemmen, zodat iedereen hem de volgende dag bij daglicht nog eens goed kon bekijken, voorat we hem weer in zee teruggooiden. Een prachtig blauw beest, wel 40 cm lang, met grote haringogen en fraai getekende vinnen die hij als vleugels uit kon waaieren.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten